KunstRai 2022
13-04-2022 t/m 18-04-2022
Kunstrai/art Amsterdam
Foto’s Peter Cox.
Kunstenaar(s)
Brabants dagblad 13 maart 2021
13-03-2021
Kunst steekt corona naar de kroon met intieme creaties in troostgevende expositie.
Kunstenaars van jan van hoof galerie in den bosch reageren op het coronajaar met intieme creaties.
Kunstenaar(s)
Het Parool. Rob Regeer. 26 januari 2021.
26-01-2021
Voor kluizenaars is dit geen vreemde tijd
Door Maarten Moll
Voor kluizenaars lijkt het niet echt een vreemde tijd.
Voor kluizenaar Rob Regeer is het een parttime vreemde tijd. Hij mist de sociale contacten, het museumbezoek, de gang naar de bioscoop, de concerten, de wandelvakanties in de bergen. Dat gewone, nu vervreemde leven, laat hij achter zich als hij in de ruimte is die hij huurt in een oud Amsterdams schoolgebouw vlak bij Park Frankendael.
Zijn atelier.
Regeer is kunstenaar (naast een baan in de zorg). Ik heb thuis twee schilderijen van hem hangen: Landschap (2011) en Landschap (2015).
Ik was bij de parttime heremiet op bezoek in zijn atelier. Overal in bubbeltjesplastic verpakte werken en met schilderijen behangen wanden. Op de grond een plaat met kleine huisjes.
Drukker dan gewoonlijk, productiever dan ooit.
Maar de beperkte bewegingsvrijheid, zeg maar de buitenwereld, dringt toch door in zijn cocon.
In zijn verlangen naar het onbegrensde trok hij zich terug op zijn geliefde berg: de 2334 meter hoge Kellerjoch in de Oostenrijkse Alpen.
Alleen haalde hij in dat hunkeren de berg naar Amsterdam, sleepte hem zijn atelier in. Hij ging, noodgedwongen, imaginair op reis, zoals hij het noemt.
Hij had ooit de Kellerjochse berghut waar hij bivakkeerde gefotografeerd. Aan de hand van die foto, en zijn herinneringen, begon hij te schilderen.
“Door de hut te schilderen was ik er,” zei hij.
Het resulteerde in een schitterende wand met 24 kleine schilderijen. “Steeds dezelfde compositie, zoals je ziet, de hut in silhouet. Alleen in wisselende weersomstandigheden.”
Kellerjoch, 24 hours, heet het project. Een 24-luik van schilderijen van 30×40 centimeter.
Een bedwelmend aanzicht, als je er zo voor staat. (Ga bij hem op atelierbezoek!)
Maar schilderen was niet genoeg. Regeer bouwde de hut ook na, in het klein, van hout. “Door de hut na te bouwen, kon ik de plek ook aanraken. Dat fysieke had ik nodig.”
Het atelier werd ook de berghut.
Een obsessieve, dubbele vorm van escapisme?
“Hmmm,” zei de superkluizenaar.
Na het 24-luik droomde hij verder, over andere plekken waar je je terug kunt trekken ter bezinning op de huidige wereld. Werelden van verlangen. Het werden landschappen met huizen. Vaak ver weg, de huizen verstopt in het bos.
Het is verleidelijk te zeggen dat hij, als de ultieme kunstenaar, verdwijnt in zijn eigen werk, dat hij zich voorgoed terugtrekt in zijn berghut.
Maar zo poëtisch is het kunstenaarschap nu ook weer niet.
Aan het einde van de dag schudt hij de kluizenaarshuid van zich af.
“Ik ga straks gewoon weer naar buiten, hoor,” zegt parttime mens Rob Regeer. “Lekker een stuk hardlopen.”
En dan blijft de berghut binnen. Maar hij kan er altijd naar terug.
Een aanlokkelijke gedachte.
Margriet Luyten ontvangt Will en Jan van Hoof Kunstprijs Noord-Brabant 2020
10-12-2020
Prijs zet Brabantse kunstenaars in de schijnwerpers en verrijkt museumcollectie
10 december 2020, ’s-Hertogenbosch – Margriet Luyten is dit jaar de laureaat van de Will en Jan van Hoof Kunstprijs Noord-Brabant. De prijs wordt voor de derde keer uitgereikt en is, naast een blijk van waardering, een impuls ter stimulering. Het wordt jaarlijks toegekend aan een Brabantse kunstenaar met bewezen talent. De winnaar ontvangt een stipendium óf een opdracht ten behoeve van de collectie van Het Noordbrabants Museum. De prijs is een initiatief van het Will en Jan van Hoof Fonds en Het Noordbrabants Museum.
Margriet Luyten (Venlo, 1952) beoefent vele genres: beeldhouwkunst, fotografie, film- en textielkunst, waarbij het verstrijken van de tijd als hoofdthema dient. Voor de prijs selecteerde het museum zes van haar werken: twee sculpturen, drie prenten en een wandkleed. Deze werken bieden een mooi overzicht van de veelzijdigheid van Margriet Luyten.
Na haar opleiding aan de kunstacademie in ‘s-Hertogenbosch ging Luyten als beeldhouwer aan de slag. De twee gekozen werken zonder titel dateren uit deze periode. Ze maken deel uit van een serie sculpturen van bedden. Het bed staat aan het begin en einde van het leven. Het motief sluit daardoor goed aan bij thema’s die vaak in haar werk terugkomen, zoals tijd, eindigheid en het sterfelijke lichaam.
Voor de drie prenten uit de serie Nachtverblijf werkt Luyten met de gomdruktechniek. Ze bezocht daarvoor verschillende hotels in binnen- en buitenland. De hotelruimtes die Luyten voor deze serie fotografeerde, laten slechts nog de sporen van menselijke aanwezigheid zien. De mooi ingerichte, maar verlaten vertrekken, roepen een spanning op tussen geborgenheid en onpersoonlijke leegte.
Aan de basis van het monumentale wandkleed van Luyten liggen foto’s die zij heeft gemaakt van een specifieke plek. Met behulp van digitale weeftechnieken wordt het landschap omgezet in textiel. Handmatig borduurt Luyten poëtische teksten op de tapijten, deze zorgen voor een verbinding tussen de locatie en de geschiedenis ervan. De zes werken worden op 10 december 2020 in Het Noordbrabants Museum onthuld en zijn vanaf dan te zien.
Brabantse kunstprijs
Mogelijke winnaars van deze Noord-Brabantse kunstprijs dienen te beschikken over een rijk kunstenaarsparcours en (inter)nationaal succes. De laureaat wordt gekozen door Het Noordbrabants Museum, waarna hij of zij de opdracht krijgt om in een tijdsspanne van maximaal één jaar een kunstwerk voor het museum te vervaardigen. Dit werk wordt vervolgens toegevoegd aan de collectie. Eerdere laureaten waren Eelco Brand en L.J.A.D. Creyghton.
Bron: Het Noordbrabants Museum
Corona Drawings – Iris Bouwmeester
26-11-2020
blijf thuis!
In het voorjaar van 2020 werd de wereld getroffen door het dodelijke virus COVID-19. Veel landen besloten de bevolking op te roepen, of te verplichten tot thuisisolatie. Vanaf half maart gingen in Nederland scholen, bedrijven en culturele instellingen dicht.
Het sociale leven werd stilgelegd en de toegankelijkheid van de openbare ruimte tot een minimum beperkt. In deze ongewone situatie was de weg naar mijn atelier en het maken van sculptuur niet langer vanzelfsprekend. Vanuit thuis bleef ik doorwerken, maar nu met potlood op papier.
Op 20 maart maakte ik de eerste coronatekening. Wat volgde was dagelijks een tekening op A4-formaat. Al snel deelde ik de tekeningen op sociale media. Door de toeschouwer deelgenoot te maken van de ontwikkeling van de serie, maakte het anders zo individuele proces plaats voor een werkwijze die door iedereen te volgen was.
Vanuit de gemeenschappelijke ervaring van sociale isolatie, reageerde het publiek op de tekeningen door het plaatsen van opmerkingen, interpretaties en vragen. Deze betrokkenheid leidde tot een voor mij unieke wisselwerking tussen kunstenaar en publiek; zo ontstond de serie ‘corona drawings’.
De serie bestaat uit 64 tekeningen die gemaakt zijn gedurende 72 dagen van thuisisolatie. De laatste tekening is gemaakt op 31 mei. De volgende dag gingen de musea weer open voor publiek.